Placemaking, een ontwerpproces waarin de ontwerper een is met de gebruikers

Al decennia zijn ontwerpers bezig om een unieke plek te ontwerpen. Wijken en straten met een identiteit, waardoor nieuwe gebruikers zich kunnen verbinden met een plek. Placemaking by design. Helaas blijkt telkens weer, dat de meeste plekken die met een betekenis zijn ontworpen, niet om deze betekenis geliefd of vermeden worden. Juist de ruimte die er is om als bewoners en gebruikers de plek eigen te maken, maakt dat een plek geliefd wordt. Daar kun je als ontwerper zeker aan bijdragen door gericht samen te werken met de gebruikers.

De basisvraag om te achterhalen is: wat willen de gebruikers nu echt terugvinden op de nieuw vorm te geven plek? Vooral dat ‘echt’ betekent dat je als ontwerper of procesbegeleider verder wilt doorvragen dan alleen naar dagelijks gebruik. Voetballen kan staan voor spelen met mijn vrienden, een bankje kan hetzelfde doel hebben in een andere vorm. Of binnen een kantoorsetting hoeft een eigen werkplek niet meteen het einde van de kantoortuin te zijn. Ondertussen wil je ook die mensen betrekken, die minder op de voorgrond durven of die überhaupt niet aanwezig zijn in jouw klankbordgroep. Wie mis je die wel aanwezig is op deze plek, hoe kun je hen bij het ontwerpproces betrekken?

In het proces van placemaking ben je vooral bezig met het bouwen van een community. Een gemeenschap die gezamenlijk, ook na jouw vertrek, de nieuwe plek onderhoudt. Met het vormen van een community krijg je te maken met ongelijkheid, oude conflicten en uitsluitingsgedrag. In grote lijnen werk je met een drie stappenplan om het bouwen van deze community zo goed mogelijk te laten verlopen.

Stap één is het vormen van een open, veilige gespreksruimte. Iedereen binnen de groep moet de vrijheid voelen én hebben om een eigen visie, vraag of mening te delen. Zonder dat anderen daarop negatief, agressief of afwijzend op reageren.

De tweede stap haakt hierop aan. Namelijk dat je iedereen bevestigt, de spreker is gehoord en de bijdrage wordt serieus genomen. Om vervolgens wel de ruimte te nemen om de bijdrage te bevragen. Is dat echt wat je wilt? Hoe voelen anderen zich hierbij? Wie wil ook iets dergelijks of juist niet?

En de laatste stap gaat over het kaderen van de te ondernemen acties. Wie gaat wat doen, wanneer, hoe en waarom? En wanneer kom je samen terug om de gemaakte stappen te bespreken? Welke ruimte is er dan voor wijzigingen en verbeteringen? Kun je terugkomen om gemaakte voorstellen en plannen?

Eigenlijk mist in dit rijtje nog het belangrijkste punt, namelijk de vraag waarom je allemaal samenkomt? Waarom wil je deze plek aanpakken? Waarom functioneert de plek niet voor de gemeenschap? Juist met deze vragen, trek je mogelijk een discussie open over ongelijkheid, het gevoel van ongehoord zijn, onderlinge verschillen en misschien zelfs conflicten die al langer broeien in de buurt. Geef ook deze gesprekken de ruimte, want uiteindelijk zijn het de gebruikers die de plek moeten koesteren, verzorgen en onderhouden.

Als ontwerper, procesbegeleider, wijkteam of andere professional, jouw kennis is even belangrijk als de kennis en ervaringen van de gebruikers. Wees beducht dat jij niet met jouw visie, ervaring en kennis het ontwerp gaat opdringen aan de gebruikers. Bedenk samen de kaders waarbinnen deelnemers invloed kunnen uitoefenen en welke gesprekken, ideeën en gebeurtenissen buiten het beslissings- en ontwerpproces vallen.

Het allerbelangrijkst in het concept van placemaking, jij als ontwerper faciliteert het ontwerpproces en adviseert.

©Job Gerlings. Afbeelding, Not for Sale, bijdrage Canada aan de 18e architectuurbiënnale van Venetië, 2023